Panoramisch bezoek aan het mooie stadhuis van Brussel met het balkon en de toren. Het stadhuis van Brussel is het historische raadhuis van de stad Brussel. Het gebouw op de Grote Markt wordt beschouwd als een meesterwerk van flamboyante gotiek en staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO als onderdeel van de inschrijving van de Grote Markt. De eerste architect van het stadhuis was Jacob van Tienen. Hij was een leerling van Jan van Osy, die de grondlegger was van de Brabantse gotiek. De bouw van de linkervleugel en het belfort (onderste deel van de huidige toren) startte in 1402 onder auspiciën van de rijke families van de stad. Het stadhuis is opgetrokken in kalkhoudende zandsteen uit de Dilbeekse steengroeven, enkele kilometers verderop. In de voorgevel werden lange balkons voorzien om evenementen op de Grote Markt te kunnen volgen, zoals de schitterende riddertoernooien en de blijde inkomsten. Als hertogelijke loge diende de privilegekamer in de toren, waarvan vier ramen uitgaven op het plein. Op deze plaats legden de vorst en de stadsmagqitraat tijdens blijde inkomsten hun wederzijdse eed af. Het was een ruimte vol symboliek, waar ook de kostbaar verluchte manuscripten werden bewaard van de Branbantse Yeesten en de rijmkroniek van Jan van Heelu. In 1695 werd het stadhuis ernstig beschadigd bij het bombardement op Brussel door Franse troepen. Het gebouw werd in brand geschoten. De kunstwerken en archieven die er waren ondergebracht, gingen verloren (onder meer de gerechtigheidstaferelen van Rogier van der Weyden en de wandtapijten die er verkocht werden). Ook de houten dakstructuur vatte vuur: enkel de muren en toren stonden nog overeind. De herstellingswerken verliepen onder toezicht van architect Cornelis van Nerven. Hij breidde het stadhuis uit met drie nieuwe vleugels op de plaats van de afgebrande lakenhal (1706 tot 1717). Tot 1795 zetelden de Staten van Brabant er. In 1841 werd door de pas opgerichte KCM (Koninklijke Commissie voor Monumentenzorg) bevel gegeven voor een restauratie van het Brusselse stadhuis. De klemtoon werd gelegd op het verfraaien van de gevel en de aanpassing van de Leeuwentrap. De restauratie stond onder leiding van architect Tieleman Franciscu Suys en werd beëindigd door Victor Jamaer. Die laatste was stadsarchitect van Brussel en restaureerde ook het Broodhuis op de Grote Markt van Brussel. Belangrijkste component van de restauratie was de toevoeging van beelden, die in de nissen werden geplaatst van de gevel. Ook al waren er oorspronkelijk niet zoveel beelden aanwezig op de gevel. Voornamelijk Brusselse beeldhouwers creëerden de beeldhouwwerken, waaronder: Charles Geefs, Charles Auguste Fraikin, Eugène Simonis en George Minne. De afgebeelde figuren zijn belangrijke personen uit de geschiedenis van Brussel. Op de voorgevel gaat het om de soevereinen, voornamelijk de graven en hertogen van Brabant. De burgemeesters zijn te zien op de zijgevel aan de Karel Bulsstraat. In de andere zijgevel aan de Guldenhoofstraat zijn Brusselse genieën verwerkt.
Geef een reactie